Bron
VBDO
De Europese institutionele beleggers hebben samen minimaal 34 miljard euro duurzaam belegd. Dit blijkt uit een studie van Eurosif (European Sustainable and Responsible Investment Forum), het Europese platform voor duurzame beleggers.
Het is de eerste keer dat een Europa-brede studie naar duurzaam beleggen is verricht. Hoewel het duurzaam beleggen nog altijd een zeer klein marktaandeel heeft (1 á 2%) constateert Eurosif ook dat het marktaandeel groeiende is: er zijn duidelijke tekenen dat het duurzaam beleggen in Europa door steeds meer institutionele beleggers wordt omarmd. Nederland staat met acht procent samen met Duitsland en Zwitserland op een gezamelijke tweede plaats wat betreft marktaandeel in Europa. Dat is ruim achter het Verenigd Koninkrijk met 68% marktaandeel in de totale Europese institutionele markt voor duurzaam beleggen. Er wordt hierbij uitgegaan van de strenge definitie van duurzaam beleggen. Wie het begrip duurzaam beleggen heel ruim intepreteert zou zelfs kunnen komen tot een bedrag van maar liefst 336 miljard euro.
De studie, met als titel Socially Responsible Investment among European Institutional Investors 2003 Report, beschrijft de omvang van het duurzaam beleggen in acht Europese landen (Oostenrijk, Frankrijk, Duitsland, Italië, Nederland, Spanje, Zwitserland en het Verenigd Koninkrijk). Uit de studie blijkt dat de nationale structuur van financiële markten, regelgeving maar ook cultuur van grote invloed zijn op de invulling van het duurzaam beleggen. Er is daarom geen eenduidige definitie voor heel Europa van duurzaam beleggen te geven. Matt Christensen, directeur van Eurosif zegt hierover: ,,Lezers van de studie zullen zien dat, ondanks de contrasten tussen de verschillende landen, het duurzaam beleggen binnen Europa steeds meer door de grote financiële instellingen wordt overgenomen."
De meest voorkomende methode om duurzaam te beleggen is het gebruik van eenvoudige uitsluitingscriteria (bijvoorbeeld met betrekking tot de produktie van wapens) en door het aangaan van een dialoog met individuele ondernemingen om hen aan te zetten tot een maatschappelijk verantwoord ondernemen (engagement). Piet Sprengers, directeur van de VBDO, het Nederlandse platform voor duurzame beleggers hierover: ,,Een recente VBDO-studie heeft bijvoorbeeld uitgewezen dat bijna alle grote pensioenfondsen wel bepaalde eenvoudige uitsluitingscriteria hanteren. Of vanwege het beperken van risicos of vanwege ethische overwegingen. Vergelijkbaar is de omvang van engagement in het Verenigd Koninkrijk dat in volume door bijna een kwart van het totale pensioenvermogen wordt toegepast. Ogenschijnlijk zien pensioenbeheerders dit niet als een bedreiging voor het rendement maar zelfs als een mogelijkheid het rendement te verbeteren.
De studie van Eurosif concludeert dat de pensioenfondsen de ontwikkeling van de markt voor duurzaam beleggen door institutionele beleggers zullen gaan bepalen. Daaraan ligt een combinatie van factoren aan ten grondslag zoals: de focus op de lange termijn, de invloed van vakorganisaties op het beleid van deze fondsen en de relatief geringe kans op belangenconflicten. Voor Nederland verwacht Sprengers dat pensioenfondsen daarnaast ook nog extra gestimulleerd zullen worden door de recent geïntroduceerde Richtlijn 400. ,,Deze richtlijn van de Raad voor de Jaarverslaggeving schrijft ook pensioenfondsen voor hoe zij moeten gaan rapporteren over hun beleid ten aanzien van maatschappelijk verantwoord ondernemen. In Engeland heeft een vergelijkbare maatregel een enorm positief effect gehad op de aandacht van pensioenfondsen voor het duurzaam beleggen," weet Sprengers.
Het rapport van Eurosif, dat tot stand is gekomen met steun van de Europese Commissie, voegt nationale cijfers over het volume van duurzaam beleggen samen om een inschatting te geven van de omvang van het duurzaam beleggen in Europa door institutionele beleggers. De Nederlandse data zijn verkregen uit het rapport Duurzaam sparen en beleggen in Nederland 2003 van de VBDO dat tot stand is gekomen met steun van Triodos Bank.