Duurzaam beleggen leeft nog niet bij de klant

(Gepubliceerd in Het Financieele Dagblad van 27 januari 2004).

Allebei hebben ze iets met duurzaam beleggen. De een is een oude rot in het vak. De ander is een traditionele belegger. Een pionier en een beginner in discussie.

Albert van Zadelhoff komt er eerlijk voor uit. De klanten van Friesland Bank kopen weinig duurzame beleggingsfondsen. Ligt het misschien aan het werkgebied(Noord- en Oost-Nederland), waar bewoners door de ruim aanwezige natuur nuchter aankijken tegen het groen beleggen? Directeur effectenbedrijf Van Zadelhoff van Friesland Bank: ‘Het heeft beslist een ”low interest” bij klanten, maar als je ze erop attendeert hebben ze wel belangstelling.’

Een algemene bank heeft nooit zo’n specifiek groen imago. Daar zijn andere instellingen voor. Toch ziet Friesland Bank langzaam wel een besef voor duurzaamheid ontstaan. De groenfondsen (van Triodos Bank) worden zeker niet uit het schap gehaald. ‘Door aanbod creëer je vraag. Het voelt prettiger als je duurzaam omgaat met je vermogen.’ Friesland Bank had enige jaren terug nog een eigen groenfonds. Omdat het fonds te klein was (euro 25 mln) en bleef om efficiënt voort te bestaan, volgde een fusie met het Groenfonds van Triodos Bank, een partner waarin Friesland Bank voor 6% participeert. De bank heeft het individuele duurzame vermogensbeheer uitbesteed aan Triodos, die hierbij samenwerkt met Nieuwenhuys Brink Crommelin (NBC) in Weesp. Directievoorzitter en oprichter is Jan Willem Nieuwenhuys.

Nieuwenhuys wordt beschouwd als een duurzame pionier. ‘Duurzaamheid heb ik van thuis meegekregen.’ Zijn loopbaan begon traditioneel. Hij werkte als acceptant bij de Hollandsche Verzekerings Sociëteit en daarna bij de Amsterdamse vestiging van effectenmakelaar Prudential Bache. Daar kwam hij terecht in de ‘fascinerende wereld’ van de goederentermijnhandel. Later stapte hij over naar Merrill Lynch in Amsterdam. Dat bracht hem voor een opleiding naar de VS, waar hij ‘het vak’ leerde. Omdat voor de ‘zeer behoudende belegger’ Nieuwenhuys de druk om omzet te draaien niet door de beugel kon, begon hij voor zichzelf. Dat was in 1990. De eerste jaren waren voor de vermogensbeheerder moeizaam en de aandacht ging ook naar andere zaken. Nieuwenhuys zette Human Rights Watch Benelux op en was in 1993 medeoprichter van het Social Venture Network Europe, een kring van milieubewuste ondernemers.

Nieuwenhuys is pragmatisch. Van duurzaam beleggen kon een vermogensbeheerder moeilijk bestaan. Voor het ‘ordinaire beleggen’ zette hij Bestfund Vermogensbeheer op. Bestfund stelt beleggingsportefeuilles samen met behulp van beleggingsfondsen. Duurzame profielen zijn een klein onderdeel. Van het beheerd vermogen van euro 25 mln, verdeeld over zo’n 500 klanten, is 14% duurzaam belegd. In 2002 ging Bestfund zijn eigen weg. Het verkoopkanaal loopt via tussenpersonen, ketens en de WUH Bank, dochter van ING , die voor 58% deelneemt in het kapitaal. Nieuwenhuys voorziet dat hij verder afstand neemt van Bestfund, want ’traditioneel’ vermogensbeheer strookt toch niet met z’n principes.

Inmiddels beheert NBC, waarin ING ook deelneemt (voor 25%), met negen medewerkers euro 100 mln vrijwel geheel in duurzame beursgenoteerde effecten. Het laatste ’traditioneel’ beheerde deel wordt binnen afzienbare tijd ook ‘ duurzaam ‘, doordat de beleggingsresultaten ‘uitstekend’ zijn geweest.

Toch is Nieuwenhuys in een ander opzicht sceptisch: ‘Uit onderzoek blijkt dat 25% van de mensen Max Havelaar koffie kent. Daarvan drinkt 20% de koffie. Daaruit blijkt hoe klein die markt is. Vertaaldnaar de financiële markt gaat slechts 5% van de nieuwe inleg in duurzame beleggingen. Als je mensen in simpele woorden uitlegt wat duurzaamheid inhoudt, vinden ze het logisch. De praktijk is vaak anders. Maar ik heb afgeleerd mensen te veroordelen.’

Van Zadelhoff heeft een verklaring. Hij verwijst naar de behoeftepiramide van Maslov. ‘ Duurzaam beleggen stond daarin vrij hoog. Het zakt nu, maar in een langzaam tempo. Dat betekent dat mensen zichzelf afvragen of zij duurzaam willen acteren, hetzij bij het dagelijkse consumptiepatroon maar ook bij financiële beslissingen zoals sparen en beleggen.’ Van Zadelhoff denkt dat duurzaam beleggen nog een lange weg te gaan heeft: ‘Ik ben bang dat de discipline nog onvoldoende is. De overheid in Nederland zegt bijvoorbeeld dat de burger een en ander zelf moet regelen maar geeft niet consequent het goede voorbeeld.’ Friesland Bank doet er wel het zijne aan. ‘We participeren in de noordelijke economie met een eigen visie. Dat is ook een vorm van duurzaam ondernemen.’

Nieuwenhuys zou het een goede zaak vinden als er meer druk van bovenaf komt. Een oplossing is als de leiding van een bedrijf een stap zet. ‘Ik heb Izaak van Melle (van de snoepjesfabriek – red.) eens horen zeggen dat duurzaam investeren zich altijd terugverdient. Hij zei er ook bij dat de baas het moet willen. Dat is het kwetsbare van het geheel. Er moet dus van bovenaf een commitment zijn.’ Op het kantoor in Weesp geldt hetzelfde. Er wordt Max Havelaar-koffie geschonken en een deel van de winst gaat naar een goed doel. ‘Als ik afdelingschef was of subhoofd zou niemand naar mij luisteren. Dat werkt niet’, aldus Nieuwenhuys.

TON DIETEN

Share Button