Nederland heeft er vanaf vandaag een nieuw fonds voor durfkapitaal bij: Sovec. Sovec staat voor social venture capital en is een fonds opgericht door Nederlandse ondernemers met als doel lokale, kleine en middelgrote ondernemers in ontwikkelingslanden te helpen groeien en zich verder te ontwikkelen, maar wel op een duurzame manier.
Louk Burgers is voorzitter van Sovec en een van die betrokken ondernemers. ‘De kracht van Sovec is dat er een aantal mensen bij betrokken zijn die ervaring hebben met venture capital of ondernemen of de problematiek van ondernemers in ontwikkelingslanden.’
‘Ons fonds wil geld, maar zeker ook expertise en energie investeren in lokale ondernemers in Ghana, Marokko en Zuid-Afrika die al bewezen hebben dat ze een onderneming kunnen opzetten, maar die nog wat extra’s nodig hebben om verder te groeien. Onze eis daarbij is dat ze dat duurzaam doen en werkgelegenheid creëren in hun regio. Werk is een belangrijke voorwaarde om uit de armoedeval te komen.’ ‘De keuze om in eerste instantie vooral de aandacht te richten op Ghana, Marokko en Zuid-Afrika heeft te maken met de Nederlandse geschiedenis, het belang van de Ghanese, Zuid-Afrikaanse en Marokkaanse gemeenschappen in Nederland en de huidige handelsrelaties’, zegt bestuurslid Hadewych Cels.
‘Ghana speelde driehonderd jaar geleden een belangrijke rol in de Hollandse slavenhandel. Zuid-Afrika is natuurlijk bekend van de kolonisatie door de Boeren en onze relatie met Marokko heeft te maken met de vele berbers die hier als gastarbeiders zijn komen werken in de jaren vijftig. Maar we hebben ook meer zakelijke criteria. Zo willen we investeren in landen die een goed rechtssysteem hebben en een politieke en economische stabiliteit kennen.’
Het idee om een fonds voor durfkapitaal met een sociale doelstelling op te richten bestond al langer in de hoofden van de betrokkenen, maar het kreeg een concrete vorm na een bezoek aan een conferentie voor investeringsmaatschappijen in Marrakech. Cels: ‘We kwamen daar in contact met gedreven investeerders uit ontwikkelingslanden die in eigen land investeren. Wij willen met lokale investeerders samenwerken die een neus hebben voor interessante projecten, maar die ook voldoen aan onze doelstellingen van duurzaamheid en armoedebestrijding. Dat vergt soms wel wat overtuigingskracht. Maar uiteindelijk realiseren de lokale ondernemers zich ook wel dat het op de lange termijn beter is in eigen mensen te investeren. We bieden ook niet alleen een kapitaalinjectie. Een bedrijf waarin wij instappen wordt gevolgd en waar mogelijk ondersteund. Sovec biedt een lokale ondernemer die wil gaan exporteren bijvoorbeeld een netwerk van zakelijke ingangen in westerse landen.’
Burgers: ‘De ondernemingen waarin wij willen investeren moeten al een of twee jaar bestaan en ze moeten de regionale economie doen groeien. Wij doen niet aan microkrediet. De projecten waar wij instappen moeten minstens een investeringsomvang van euro 50.000 hebben. En we gaan niet verder dan een bedrag van euro 500.000. We nemen natuurlijk met ons fonds risico’s, maar superinnovatieve projecten zijn voor ons niet interessant. Dat strookt vaak niet met ons doel dat er werkgelegenheid gecreëerd moet worden. We stellen winsteisen, omdat winstgevendheid duurzaamheid en groeimogelijkheden
met zich meebrengt. Ons fonds moet een rendement boeken.’
Cels voegt daaraan toe: ‘Sommige mensen zijn gewend geraakt dat rijke landen geld geven zonder dat daar iets tegenover moet staan. Wij willen als ondernemers in Nederland ondernemers in ontwikkelingslanden aanspreken op hun ondernemersschap. Investeren in plaats van schenken, ofwel sturen op rendement. Ondernemers voor ondernemers.’
Sovec maakt gebruik van een uitgebreid netwerk van partners. Burgers: ‘We willen zo veel mogelijk verbindingen leggen tussen ondernemers daar en hier. De lokale ondernemers helpen met kennis. Dus hebben we een partnerschap met PUM en werken we samen met de experts van FMO.’
In totaal wil Sovec euro 20 mln ophalen. Via twee bronnen, en daarom is het in twee delen opgesplitst. Het ene deel is een stichting die in principe voor onbepaalde tijd bestaat en via giften euro 10 mln wil ophalen. Die giften zijn fiscaal aftrekbaar. Aan de andere kant staat het investeringsfonds dat een looptijd heeft van tien jaar en dat een zeker rendement moet opleveren met een inleg van euro 10 mln.