Bron
Forteon
De jongste duurzaamheidsstudie van Pictet Asset Management gaat in op de vraag of het scheppen van banen, één van de hoofdcriteria als het gaat om maatschappelijke verantwoordelijkheid, consequent hogere rendementen op de aandelenmarkt oplevert. Het overigens verre van eenvoudige antwoord luidt dat dit over het algemeen niet het geval is.
De baanbrekende studie verstevigt het oude uitgangspunt van toonaangevend vermogensbeheerder Pictet dat het gebruik van duurzaamheidscriteria moet worden afgewogen tegen het risico van underperformance.
Uit onze studie blijkt duidelijk dat een beleggingsstrategie die gericht is op het scheppen van banen uit oogpunt van duurzaamheid gerechtvaardigd en wenselijk is, maar dat deze moet worden gecombineerd met goede kwantitatieve technieken en een stringent risicobeheer om te garanderen dat de klant baat heeft bij het beleid, aldus de auteurs van de studie, Christoph Butz en Olivier Pictet van Pictet Asset Management.
Het is belangrijk om SRI realistisch te benaderen, voegde medeauteur Butz eraan toe. "Het doel van een portefeuille met een hoog duurzaamheidsgehalte is niet om de index systematisch te overtreffen. Dat zou ook onmogelijk zijn, omdat het ene doel ondergeschikt moet zijn aan het andere. Tegelijkertijd zijn beleggers over het algemeen niet bereid om veel marktperformance op te offeren voor meer duurzaamheid.
De oplossing van Pictet maakt gebruik van kwantitatieve technieken die in de loop van een aantal jaren intern zijn ontwikkeld. Bedrijven met slechte duurzaamheidscriteria worden weggefilterd en vervangen door bedrijven binnen dezelfde sector met betere duurzaamheidsratings. Vervolgens wordt met een alpha-overlay op basis van een representatieve actieve portefeuille een verhoging van het benchmark-risico tegengegaan terwijl de algehele duurzaamheidsrating wordt verbeterd.
Pictet stelt zijn eigen milieu- en sociale ratings samen op basis van gegevens van SiRi Company en andere bronnen. Ook vullen we de standaardbenadering aan met ons eigen unieke SRI-impactproces. Onze analyse bepaalt wat de belangrijkste impactfactor is voor iedere MSCI-branche. Autofabrikanten worden bijvoorbeeld uitsluitend beoordeeld op basis van het gemiddelde verbruik van verkochte auto’s, gewogen naar omzet. Vervolgens richten we ons bij de samenstelling van portefeuilles op een optimale balans tussen duurzaamheid en risico, gemeten aan de hand van de tracking error ten opzichte van een actieve portefeuille of benchmark, legde Christoph Butz uit.
Bij de studie naar het scheppen van banen bleek dat er geen eenvoudig antwoord bestaat, aldus Butz. Eind jaren negentig werden banenscheppende bedrijven bijvoorbeeld door de markten beloond, met name die in de VS in vergelijking met Europa, maar na het barsten van de zeepbel werden juist bedrijven die banen schrapten beloond en zagen we dat het Europese bedrijven beter ging dan hun Amerikaanse tegenhangers. Het economische herstel van de laatste tijd heeft nog niet geleid tot een overeenkomstige toename van het aantal banen, het zogenaamde ‘banenloze herstel’, en bedrijven die de afgelopen twee jaar banen hebben geschapen zijn hiervoor beloond noch gestraft.
De manier waarop duurzame activiteiten in de loop van de tijd anders door de markt worden beloond, is erg complex en beleggers kunnen een banenscheppende beleggingsstrategie dan ook beter niet al te simplistisch benaderen. De enige aanvaardbare en realistische oplossing is het zorgvuldig reconstrueren van historische sociale ratings (out-of-sample), maar dan alleen op basis van de informatie waarover een belegger had kunnen beschikken op het moment van beleggen, aldus Butz afsluitend.