Bron
VBDO
Europese institutionele beleggers hadden eind vorig jaar maar liefst 2,7 biljoen euro (twaalf nullen) min of meer duurzaam belegd. Dat is ongeveer 17,5 procent van het totale Europese belegde vermogen. Eind 2005 was iets meer dan één biljoen euro belegd met duurzame criteria in het achterhoofd. ,,Ondanks en vanwege de beroering op de financiele markten wordt duurzaamheid steeds relevanter voor grote beleggers, aldus Matt Christensen, directeur van Eurosif.
Dit blijkt uit een onderzoek door Eurosif, de koepel van organisaties op het gebied van duurzaam beleggen in dertien Europese landen. De Vereniging van Beleggers voor Duurzame Ontwikkeling (VBDO) maakte begin september de resultaten bekend van een soortgelijk onderzoek in Nederland. Daaruit bleek dat de Nederlandse grote beleggers maar liefst 435 miljard euro (veertig procent van het totale vermogen dat ze beheren) screenen op minimaal één uitsluitingscriterium (veelal foute wapens). Eind 2005 was dit nog maar 47 miljard euro. Dit was een groei van maar liefst 816 procent.
Eurosif vindt, net als de VBDO, de verschuiving naar meer duurzaamheid logisch. De maatschappelijke druk neemt sterk toe op de financiële wereld om ook wat te doen aan milieu- en sociale problemen en aan goed bestuur. Bovendien worden de financiële risicos voor bedrijven om de problemen te negeren steeds groter. De maatschappelijke druk komt van ngos, via de pers en ook steeds vaker van de hele rijke particulieren, weet Eurosif.
Van de 2,7 biljoen euro is overigens 2,2 miljoen euro aan slechts één duurzaam criterium getoetst. De overige 512 miljard euro is getoetst met twee of meer criteria in het achterhoofd. Eurosif meldt verder dat de groei het snelst is in Duitsland, Frankrijk en Zwitserland. Het Verenigd Koninkrijk en Nederland hebben de grootste duurzame geldmarkten.
De European SRI Study 2008 van Eurosif werd gefinancierd door Groupama Asset Management, Highland Good Steward Management, I.DE.A.M. (Crédit Agricole Asset Management Group) en Natixis Asset Management.