Bron
ING
De visie van ING op duurzaamheid is verschoven van wat we niet moeten doen naar wat we wel moeten doen. Hoe komt dat, en hoe weten we of we wel genoeg doen? Christopher Steane, hoofd Lending Services van ING, licht toe.
Christopher Steane heeft zonnepanelen op zijn huis, maar rijdt niet in een elektrische auto (alleen maar omdat hij al 16 jaar in dezelfde auto rijdt). Zijn liefde voor de natuur heeft hij waarschijnlijk van zijn vader die een echt buitenmens was, en verder is hij een groot voorstander van recycling in welke vorm dan ook.
Maar hij is ook een bankier in hart en nieren, die al bijna 40 jaar bij ING werkt.
Christopher Steane, hoofd Lending Services bij ING Wholesale Banking, is de drijvende kracht achter de groei die ING wil realiseren in ‘sustainable transitions financed’ (STF’s, gefinancierde duurzame transities). Het is een manier waarop ING klanten beoordeelt die op milieugebied het beste presteren alsmede transacties voor duurzame projecten zoals duurzame energie, koolstofarm vervoer en maatschappelijk welzijn.
Bij de publicatie van de resultaten over het tweede kwartaal in augustus dit jaar maakte ING bekend dat we streven naar 35 miljard euro aan STF’s in 2020. Dat is een stijging ten opzichte van de 27,8 miljard euro op 30 juni 2016.
Hoe maakt ING haar kredietportefeuille duurzamer?
“Jaren geleden begon ING met het ontwikkelen van een beleid dat ons voorschreef bepaalde dingen niet te doen. Zo besloten we dat we niet langer bedrijven wilden ondersteunen die zich bezighielden met het illegaal kappen van regenwouden of met projecten in – vanuit milieuoogpunt bekeken – kwetsbare gebieden. Allemaal goede beleidsmaatregelen, maar deze vertelden ons alleen wat we niet moesten doen. Dus ik vroeg de teams of zij een aanpak konden bedenken die gericht was op zaken die we wel konden doen.”
“Dan kun je bijvoorbeeld zeggen: ik huur een sustainable finance-team in, stop ze in een kamer met een groene deur, ze mogen windmolens financieren en klaar is Kees. Maar we wilden het breder neerzetten en iedereen erbij betrekken. Vervolgens vroegen we ons af hoe we dit zouden kunnen meten.”
“We besloten om de term ‘sustainable transitions’ [duurzame transities] te gebruiken, omdat duurzaamheid alleen voor velerlei uitleg vatbaar is. We willen de maatschappij helpen een overgang te realiseren. Het gaat verder dan alleen transacties, we willen onze meest duurzame klanten ook echt ondersteunen.”
Waarom dan deze doelstelling?
“In eerste instantie wilden we vaststellen hoeveel van onze portefeuille binnen het plaatje paste. Toen we daar eind 2014 voor het eerst naar keken, was dit 14% of 15%. Sindsdien is dit percentage omhoog gegaan: omdat meer transacties aan de criteria voldoen, maar ook omdat we inmiddels de gehele klantportefeuille hebben kunnen beoordelen.”
“We hadden een maatstaf en kregen een beter idee hoe we het deden, wat onze uitgangspositie was. Vervolgens stelden we ons een doel voor 2020 en dat is natuurlijk, onvermijdelijk, een flinke stap. Je moet het juiste ambitieniveau zien te bereiken. Als je je doel toch wel bereikt, is het niet ambitieus genoeg. Maar als de lat te hoog ligt, is het zinloos. ”
“Je moet een niveau vaststellen waarvan het acceptabel is om de organisatie te vragen daar naar te streven. We besloten om te gaan voor 20% van de verwachte omvang van de Wholesale Banking-portefeuille, 35 miljard euro dus.”
Is dit genoeg?
Onze doelstelling zal nooit 100% zijn en dat is denk ik ook niet nodig. We zijn een bank voor de gehele samenleving. We ondersteunen de economische bedrijvigheid in alle samenlevingen waarin we actief zijn. Het is niet zo eenvoudig om te besluiten dat we aan bepaalde grote sectoren geen kredieten meer zullen verstrekken.”
Hoe doen we het in vergelijking met andere banken?
“Andere banken hebben natuurlijk ook doelen gesteld. Maar met onze aanpak, waarbij we bedrijven over de hele linie betrekken, lopen we voor op de meeste andere banken.”
Kijkend naar 2020, gaat dit het verschil maken waar u op hoopt?
“Vooruitgang gaat nooit snel genoeg. We hebben al veel bereikt, maar ik weet vrijwel zeker dat we nog veel meer kunnen doen.”
“Er is nog veel werk aan de winkel. Zelfs de plannen die zijn bedacht tijdens de klimaatconferentie in Parijs zijn niet omvangrijk genoeg om de beoogde CO2-uitstoot in te dammen. De mens moet eigenlijk stoppen met het gebruiken van die zeer gemakkelijke energiebron die tot op heden onze economische groei grotendeels mogelijk heeft gemaakt. Het is niet waarschijnlijk dat dit snel zal gebeuren.”
“Met deze doelstelling laten we zien dat we ons steentje willen bijdragen en nog meer: in 2020 hoop ik dat we van de financiële instellingen het meest toonaangevend zijn.”
Wat zegt u tegen particuliere klanten die willen dat ING hun geld duurzaam belegt?
“We zien een verschuiving. Als individuele leden van de samenleving verwachten we dat bedrijven die goederen en diensten verlenen zich op een milieubewuste manier gedragen. Onze belangrijkste verplichting is om de spaargelden veilig en stabiel te beleggen. Duurzaamheid staat daarbij bovenaan de lijst van criteria. We willen de maatschappij helpen de overgang te maken naar een duurzamere economie en een bijdrage leveren aan de financiering daarvan. Maar we zijn nog steeds wel een onderneming, geen liefdadigheidsinstelling.”