In haar nieuwe kennispaper ‘De circulaire agenda’ geeft het Sustainable Pension Investments Lab (SPIL) een overzicht van de stappen die pensioenfondsbestuurders nu kunnen zetten om de transitie naar een circulaire economie te maken. Niets doen is geen optie meer, wel kunnen pensioenfondsen kiezen voor een meer of minder ambitieus circulair beleggingsbeleid. Een circulair beleggingsbeleid helpt ook andere doelstellingen van pensioenfondsen te realiseren, bv. op het terrein van klimaat of de Sustainable Development Goals (SDG’s). Bij het uitvoeren van de circulaire agenda biedt samenwerking tussen pensioenfondsen de mogelijkheid dit sneller, effectiever en doelmatiger te doen.
In het eerdere kennispaper ‘Belang van de circulaire economie voor pensioenbeleggingen’ (2018) beschreven de SPIL-leden hoe de transitie naar een circulaire economie het beleggingsbeleid beïnvloedt. Kern van de circulaire economie is om anders om te gaan met producten en processen zodat onnodige waardevernietiging van grondstoffen en afvalproductie wordt voorkomen. Nederlandse pensioenfondsen zullen lineaire risico’s in kaart moeten brengen, alsook de kansen behorende bij de circulaire economie. Niet enkel om de maatschappelijke impact te verhogen, maar ook om de fiduciaire taak goed uit te voeren en rendement voor deelnemers te behouden.
“De transitie naar een circulaire economie is begonnen. Pensioenbeleggers hebben daarin een keuze in hoeverre ze voorop willen lopen. Maar de keuze om dit onderwerp niet mee te nemen is er niet”, aldus SPIL-lid Erik Breen (Triodos IM): “Bedrijven en beleidsmakers zijn er volop mee bezig, net als in toenemende mate de toezichthouder. Pensioenfondsen zullen op z’n minst de lineaire risico’s moeten mitigeren, maar kunnen CE ook zien als onderdeel van hun duurzame strategie of, nog verstrekkender, als beleggingskans.”
Het kennispaper behandelt een drietal instrumenten die pensioenfondsen en hun uitvoerders kunnen inzetten, elk met een verschillend ambitieniveau. Minimaal hebben pensioenfondsen een strategie nodig om de risico’s van deze transitie te mitigeren. Velen hebben al een hoger ambitieniveau op duurzaamheidsgebied, bijvoorbeeld gericht op de Sustainable Development Goals (SDGs). Mede-auteur Frido Kraanen (PGGM): “De circulaire economie is een belangrijk middel om reeds bestaande duurzame ambities waar te maken.”
In toenemende mate zien pensioenfondsen de circulaire economie ook als een beleggingskans en investeren ze doelbewust in dergelijke bedrijven. Hierbij wordt geaccepteerd dat circulaire bedrijven op de korte termijn wat minder kunnen renderen, deels vanuit de overtuiging dat ze op de middellange termijn wel een superieur rendement zullen laten zien.
Afhankelijk van het gekozen ambitieniveau kunnen pensioenfondsen en hun uitvoerders verschillende stappen zetten. Beginnend met het vaststellen van een visie en strategie, via het beïnvloeden via engagement van beleidsmakers en bedrijven tot de uiteindelijke investeringen. SPIL schetst de verschillende bestaande methodes om circulaire bedrijven te identificeren, maar benoemt ook wat er nog moet gebeuren voordat circulair beleggen echt mainstream kan worden.
Daar volgt een agenda uit, nodig om te komen tot een werkelijk voor alle pensioenfondsen behapbaar handelingsperspectief. Hans Stegeman (Triodos IM en mede-auteur): “Naast de vraag wat pensioenfondsen met hun ambities willen bereiken met beleggingsbeleid is het ook de vraag: wat kunnen ze? Daarbij zijn er nog vele uitdagingen. Denk aan het definiëren en meten van ‘lineaire risico’s’ en ‘circulaire kansen’. Of wat de beste manier is om bedrijven uit te sluiten of te selecteren.”
Een deel van de circulaire agenda voor pensioenfondsen is er daarom één van samenwerking: hoe te komen tot een visie, tot de juiste indicatoren en het herkennen van risico’s? Voor nu is het vooral zaak dat pensioenfondsen de juiste vragen stellen aan hun uitvoerders en aan de bedrijven waarin ze beleggen. Samen kunnen pensioenfondsen bedrijven ertoe brengen hierover op een gepaste wijze te rapporteren.