Bron
NVB
Nederlandse banken lopen wereldwijd voorop als het gaat om het respecteren van mensenrechten en het naleven van de OESO-richtlijnen en de United Nations Guiding Principles (UNGP’s). Dat blijkt uit het eindrapport over het IMVO-convenant mensenrechten waarin banken, overheid, vakbonden en NGO’s hebben samengewerkt om schendingen van mensenrechten te voorkomen.
De partijen en aangesloten banken binnen het convenant hebben de afgelopen drie jaar veel werk verzet. Hoewel de belangen van de deelnemende partijen vaak uiteen liepen, zijn de banken de afgelopen jaren constant constructief de dialoog aangegaan en zijn de gemaakte afspraken nageleefd.
De transparantie van de bedrijfsvoering van banken is door het IMVO-convenant toegenomen. Zo publiceren veel banken uitgebreide mensenrechtenrapporten, zijn ze transparant over hun beleid rond kredietverlening en geven ze inzicht in krediet- en beleggingsportefeuilles. Hoewel banken zich realiseren dat het werk moet worden voortgezet en uitvoering van de OESO richtlijnen een continue inspanning vergt, zijn ze trots op de bereikte resultaten.
Ook na het IMVO-convenant mensenrechten blijven banken zich actief inzetten om mensenrechtenschendingen te voorkomen en te adresseren. Banken zullen samen met klanten en stakeholders gaan werken aan projecten met structurele impact. Waar het IMVO-convenant beperkt was tot mensenrechten zal in het vervolg ruimte zijn voor initiatieven op alle thema’s uit de OESO richtlijnen, zoals klimaat, milieu en biodiversiteit. Later dit jaar zal de Nederlandse Vereniging van Banken een nieuwe IMVO-aanpak publiceren.
De Nederlandse banken hebben in 2016 het IMVO-convenant Bancaire Sector (Dutch Banking Sector Agreement) ondertekend. Hiermee gaven ze, voor zover ze dat nog niet deden, gevolg aan de verantwoordelijkheid om mensenrechten te respecteren in lijn met de OESO Richtlijnen en de United Nations Guiding Principles (UNGPs). Banken financieren de economie. Dat maakt dat zij direct of indirect betrokken kunnen zijn bij mensenrechtenschendingen van klanten of in de toeleveringsketens van hun klanten. Wereldwijde problemen als kinderarbeid of slechte werkomstandigheden kunnen niet door de banken afzonderlijk worden opgelost, daarom nemen de Nederlandse banken deel aan diverse multi-stakeholder initiatieven als het IMVO-convenant. Op deze manier kunnen banken via hun klanten een rol te spelen bij de bescherming van mensrechten.
Download:
- Monitoringsrapport (Engels)
- Eindverklaring Stuurgroep (Engels)
Noot: Reactie Amnesty Nederland op het rapport: “Het rapport laat zien dat alle banken op individueel niveau voortgang hebben geboekt, bijvoorbeeld door het integreren van een ‘due diligence’ proces – gepaste zorgvuldigheid – om misstanden in hun bedrijfsvoering en die van hun klanten te identificeren en aan te pakken. Ook werden gezamenlijk rapporten geschreven over risicosectoren als cacao, palmolie, goud en olie en gas. Daarin worden de mogelijkheden beschreven om de transparantie te vergroten en over de rol die banken kunnen spelen bij genoegdoening voor slachtoffers van mensenrechtenschendingen.
Helaas constateert de onafhankelijke monitoringscommissie dat de samenwerking niet de vooraf gestelde ambitieuze doelstellingen heeft waargemaakt. Op belangrijke onderwerpen zoals het daadwerkelijk verminderen van negatieve impact van bedrijfsactiviteiten voor benadeelden in ontwikkelingslanden en het vergroten van transparantie bij de banken is weinig vooruitgang geboekt. Hoewel de ngo’s in een vroeg stadium en herhaaldelijk bij de banken en de overheid hun zorgen uitten, werd dit door de banken en de overheid niet opgepakt.
De partijen maakten een reeks afspraken voor meer transparantie over (de toepassing van) beleid, leningen, investeringen en de meest ernstige mensenrechtenrisico’s waar banken mee te maken hebben. Er was ruim drie jaar geleden de hoop dat deze unieke samenwerking misstanden bij klanten van de Nederlandse banken zouden aanpakken. Dat dit niet gerealiseerd is, is zeer teleurstellend.“