Het Convenant Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Beleggen Pensioenfondsen heeft in het laatste convenantsjaar veel bereikt. Het merendeel van de deelnemende pensioenfondsen is aan de slag gegaan met de implementatie van het convenant en er is voortgang geboekt met de naleving van de afspraken. Deze stappen zijn belangrijk op weg naar verbeteringen in de ketens van de bedrijven waar pensioenfondsen in beleggen.
In de Jaarrapportage 2022 staan de resultaten beschreven van het vierde en tevens laatste convenantsjaar. Ook gaan vertegenwoordigers van de convenantspartijen in korte interviews in op de behaalde resultaten, de samenwerking binnen het convenant en de toekomst. Uit de eerder gepubliceerde voortgangsmeting blijkt dat 86 procent van de pensioenfondsen in haar beleggingsbeleid verwijst naar de OESO-richtlijnen en UNGP’s en meer dan 90 procent een uitsluitingen- en engagementbeleid voert. Een minderheid (20 procent) voldoet volledig aan de afspraak om het beleggingsbeleid geheel in lijn te brengen met de OESO-richtlijnen en de UNGP’s.
“Terugkijkend op het convenant zijn onderling vertrouwen, openheid en samenwerking de sleutels gebleken om vooruitgang te boeken,” zegt Pieter van der Gaag, onafhankelijk voorzitter van het convenant. “De versnelling die we na de monitoring van half 2021 hebben ingezet, is op gang gekomen en in 2022 doorgezet. De eindevaluatie zal in december dit jaar laten zien in welke mate dit in de tweede helft van 2022 heeft geleid tot resultaten.”
Voortgang brede spoor
In het brede spoor werkten de convenantspartijen samen om de deelnemende pensioenfondsen te ondersteunen bij hun implementatie van de OESO-richtlijnen en de UNGP’s in hun beleid en beleggingspraktijk. Zo is in 2022 het instrumentarium, het praktische handboek voor beleggers, weer een slag praktischer gemaakt. Er zijn nieuwe themadocumenten ontwikkeld, onder meer over herstel en verhaal (stap 6 van het due diligence-proces), de themakaders over vakbondsrechten en biodiversiteit zijn aangescherpt en er werden intensief ideeën en ervaringen uitgewisseld tijdens periodieke intervisiebijeenkomsten. Tegelijkertijd is er nog ruimte voor verbetering, zoals meer aandacht voor het perspectief van rechthebbenden en voor het creëren van maatschappelijke langetermijnwaarde door pensioenfondsen via de uitvoering van hun beleid op het gebied van milieu, sociale aspecten en bestuur (ESG-beleid).
“Er is een goed fundament gelegd om op voort te bouwen. De pensioenfondsen gaan nu een nieuw tijdperk in, met nieuwe wet- en regelgeving in aantocht. De samenwerking met vakbonden en ngo’s kan hen helpen om aan die regelgeving te voldoen en meer positieve impact te maken voor mens, natuur en milieu,” aldus Van der Gaag.
Samenwerking diepe spoor
Het doel van het optionele diepe spoor was om samenwerkingsvormen te ontwikkelen waardoor pensioenfondsen hun invloed kunnen vergroten op het beleid en de praktijk van de bedrijven waarin zij beleggen en zo negatieve impact in ketens te verminderen. Denk daarbij aan het verbeteren van arbeidsomstandigheden en het recht van werknemers zich te verenigen. Twaalf pensioenfondsen namen in 2022 deel aan het diepe spoor. Samen met de overheid, vakbonden en ngo’s rondden zij de casussen af rond mijnbouw, palmolie, biodiversiteit, platformeconomie, tech-industrie en micamijnen.
Met de geleerde lessen kunnen ook andere beleggers gebruik maken van de opgedane inzichten over de gevolgde engagementtrajecten. Hiervoor is ook een overkoepelend document gemaakt met geleerde lessen.
Eindevaluatie
De onafhankelijke Monitoringcommissie publiceerde in 2022 de derde voortgangsmeting met als peildatum 30 juni 2022, waarop de Stuurgroep haar reactie formuleerde. Het convenant is 31 december 2022 afgerond. Eind 2023 wordt de eindevaluatie gepubliceerd, waarin de Monitoringcommissie zal aangeven in hoeverre de gestelde doelen zijn behaald.
Over het Convenant
Het Convenant Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Beleggen Pensioenfondsen is december 2018 van start gegaan en heeft een looptijd van vier jaar. Het is ondertekend door meer dan 80 pensioenfondsen, de Pensioenfederatie, zes ngo’s, drie vakbonden en drie ministeries. De deelnemende pensioenfondsen zijn samen goed voor zo’n 1.600 miljard euro belegd vermogen: meer dan 94 procent van het totale door Nederlandse pensioenfondsen belegd vermogen. Doel is het bevorderen van internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen bij de pensioenfondsen. De partijen werken samen onder leiding van een onafhankelijk voorzitter, de SER begeleidt deze multi-stakeholder samenwerking.
Partijen zijn in gesprek over hoe de samenwerking na het convenant voortgezet kan worden.