Bron
De Hypotheker
Maar liefst 83 procent van de Nederlandse huizenbezitters heeft zijn woning in de afgelopen twee jaar verduurzaamd of is van plan dit in de komende twee jaar te doen. Zij doen dit vooral om de maandlasten te verlagen, het wooncomfort te vergroten en/of een positieve bijdrage te leveren aan het milieu. Het verhogen van de woningwaarde is hierbij voor ruim een derde van de huiseigenaren doorslaggevend, blijkt uit onderzoek van De Hypotheker onder huizenbezitters. Uit eigen data blijkt dat het aantal hypotheekaanvragen voor woningverbetering – waaronder het verbouwen of verduurzamen van de woning – in het eerste kwartaal van dit jaar met 11 procent is gestegen in vergelijking met het voorgaande kwartaal. Vooral onder huiseigenaren in de leeftijd van 35 tot 45 jaar is een sterke groei zichtbaar (+21 procent).
Hoewel het aantal hypotheekaanvragen voor woningverbetering in vergelijking met het laatste kwartaal van vorig jaar is gestegen, is het beeld in vergelijking met hetzelfde kwartaal een jaar geleden genuanceerder en ligt het aantal aanvragen nog wel beduidend lager (-51 procent). Dit komt onder andere door de sterke stijging van de gemiddelde hypotheekrente die ruim een jaar geleden is ingezet, waardoor het totaal aantal hypotheekaanvragen is gedaald. Ondanks de hogere rente heeft 26 procent van de huizenbezitters de intentie in de komende twee jaar (minimaal 1.000 euro) te investeren in energiebesparende maatregelen. Meer dan de helft (57 procent) heeft dit in de afgelopen twee jaar al gedaan. Bij het verduurzamen van woning kiest de meerderheid voor zonnepanelen, isolatie of energiezuinig glas. Opvallend is dat ook de warmtepomp steeds meer aan populariteit wint. Eén op de vijf huizenbezitters heeft in de afgelopen twee jaar een warmtepomp aangeschaft of is van plan dit in de komende twee jaar te doen. Hoeveel geld zij met de verduurzaming van hun huis kunnen besparen en wat het effect is op de woningwaarde is voor bijna de helft echter nog onduidelijk.
Slechts één op vijf huizenbezitters neemt met minder genoegen dan energielabel B
Met name de energiecrisis heeft bij veel Nederlandse huizenbezitters het bewustzijn over het belang van verduurzaming en verlaging van het energieverbruik aangewakkerd. Het energielabel wordt dan ook steeds belangrijker bij de aan- of verkoop van een woning. Het effect van een verbeterd energielabel op de waarde van de woning neemt flink toe. Bijna twee op de drie huizenbezitters geven aan dat een hoog energielabel (zeer) belangrijk is bij de aankoop van een nieuwe woning. Meer dan de helft verwacht daarnaast dat de waarde van een woning binnen nu en vijf jaar sterker afhankelijk zal zijn van het energielabel. Verder geldt: hoe ouder het bouwjaar van het huis, hoe hoger het aandeel lage energielabels. Een grote meerderheid van de huizen met een bouwjaar tot 1950 heeft een energielabel E of lager. Bij huizen na 1970 keert dit beeld echter om en hebben de meeste woningen een energielabel C of hoger. Op de vraag met welk energielabel huizenbezitters die verduurzamen binnen nu en twee jaar tevreden zouden zijn, geeft een derde aan de voorkeur te hebben voor energielabel A of hoger; 31 procent is tevreden met energielabel B. Slecht 19 procent neemt genoegen met een lager label dan B.
Bijna drie op tien huizenbezitters onbekend met energielabel eigen woning
Hoewel steeds meer huizenbezitters verwachten dat het energielabel steeds belangrijker wordt, weten zij niet altijd welk energielabel hun eigen woning heeft. Dat geldt voor bijna drie op de tien huiseigenaren. Daarnaast geldt voor ruim een kwart dat het aan kennis ontbreekt met welke energiebesparende maatregelen zij het energielabel van hun huis kunnen verbeteren. “Steeds meer huizenbezitters lijken, mede onder invloed van de sterk gestegen energieprijzen, overtuigd te raken van het belang van verduurzaming en energiebesparing. Zo besluiten steeds meer mensen, ook vanwege de hogere energiekosten, om hun woning te verduurzamen. De verwachting is dat deze trend zich ook in de komende jaren voortzet, want hoewel de energieprijzen gedaald zijn, kan dit veranderen zodra het prijsplafond wordt opgeheven. Veel huizenbezitters verwachten dan ook dat het energielabel een steeds grotere rol op de huizenmarkt gaat spelen”, vertelt Menno Luiten, Commercieel Directeur van De Hypotheker. “Het is belangrijk dat zij hier meer inzicht in krijgen. Zo is een woning met energielabel C bij verkoop gemiddeld 11,6 procent meer waard dan een vergelijkbare woning met label G. Bij een gemiddelde huizenprijs van 394.000 euro gaat het dan al snel om 45.000 euro.”
Hypotheekkosten zit verdere verduurzaming in de weg
Er zijn verschillende manieren om de verduurzaming van de woning te financieren. Zo kan er beroep worden gedaan op het Energiebespaarbudget, dit is een bouwdepot van maximaal 106 procent van de woningwaarde om te investeren in energiebesparende maatregelen. Daarnaast is het bij het afsluiten van een nieuwe hypotheek of op een bestaande hypotheek mogelijk 9.000 extra te lenen bij aankoop van een energiezuinige woning of voor het treffen van energiebesparende maatregelen. Ruim driekwart van de huizenbezitters kiest ervoor hun spaargeld in te zetten, gevolgd door het gebruik van subsidies (25 procent) en het afsluiten of verhogen van de hypotheek (16 procent). Een verbouwing of verduurzaming vereist vaak een substantieel budget. Vier op de tien huizenbezitters geven dan ook aan dat de kosten van een hogere hypotheek hen ervan weerhoudt hun huis te verduurzamen. De Hypotheker wil huizenbezitters die hun woning willen verduurzamen, ondersteunen. Met de propositie Groen Zeker biedt zij klanten een versneld traject, waarbij zij tegen een gereduceerd tarief de hypotheek met 9.000 euro kunnen verhogen voor de financiering energiebesparende maatregelen. Dat maakt het eenvoudiger om de woning tegen lagere kosten te verduurzamen en de woningwaarde te vergroten.