De Nederlandse Vereniging van Beleggers voor Duurzame Ontwikkeling (VBDO) heeft de nieuwste editie van haar Benchmark on Responsible Investment by Pension Funds in the Netherlands 2024 gepubliceerd, een belangrijk instrument dat is ontworpen voor het stimuleren van duurzame beleggingspraktijken door Nederlandse pensioenfondsen. Het rapport markeert een significante evolutie in de beoordeling van verantwoord beleggen onder het uitdagende, door VBDO gestelde motto “Put your money where your mouth is”.
Als jaarlijkse beoordeling evalueert de VBDO-benchmark de verantwoorde beleggingsactiviteiten van de 50 grootste Nederlandse pensioenfondsen. Gezamenlijk beheren zij ruim € 1,44 biljoen aan activa. De update van dit jaar biedt een diepgaandere en uitgebreidere benadering, waarbij fondsen worden beoordeeld op basis van vier essentiële en zwaarwegende criteria; bestuur (governance), strategische asset allocatie (SAA), portfolio en individuele beleggingen.
Detailhandel verzekert zich van toppositie te midden van verhoogde normen
Dit jaar voert Pensioenfonds Detailhandel de ranglijst aan als leider voor verantwoord beleggen. Het fonds laat een sterke prestaties zien, gedreven door een ambitieus intern ontwikkeld beleid. Dit vertaalt zich onder andere naar actief eigenaarschap binnen verschillende duurzame thema’s, zoals biodiversiteit en arbeidsrechten. Pensioenfonds TNO kwam naar voren als het best presterende fonds in de categorie kleine fondsen.
Nieuwe methodologie weerspiegelt dynamische duurzaamheidsbehoeften
Als reactie op de veranderende wereldwijde normen en het toenemende bewustzijn van duurzaamheidsrisico’s, introduceert de benchmark van 2024 een herziene methodologie. Deze gaat verder dan naleving van regelgeving. Het model van dit jaar benadrukt actief eigenaarschap en moedigt pensioenfondsen aan tot strategischer nadenken over duurzaamheidsbijdragen.
De focus verschuift met name naar acties die de unieke rol van een pensioenfonds benadrukken, als een belangrijke vermogensbezitter die positieve verandering in sectoren en economieën kan beïnvloeden.
“Pensioenfondsen zijn niet langer alleen financiële beheerder. Ze worden centrale spelers in het bevorderen van duurzame praktijken”, aldus Angélique Laskewitz, uitvoerend directeur van de VBDO. “Met deze nieuwe benchmark sporen we de sector niet alleen aan verantwoorde beleggingspraktijken te omarmen, maar om deze ook daadwerkelijk te integreren. We verwachten anno 2024 van pensioenfondsen nu wel echt een toewijding aan zinvolle en meetbare verandering.”
Belangrijkste bevindingen benadrukken sectorvoortgang en verbeterpunten
Het rapport van 2024 onthult belangrijke trends binnen de Nederlandse pensioenfondssector. Een van die opvallende bevindingen is de toename van pensioenfondsen die biodiversiteit aanpakken via bedrijfsbetrokkenheid en stemactiviteiten. De benchmark laat zien dat ruim driekwart van de deelnemende fondsen biodiversiteit nu in hun RI-beleid opneemt, wat duidt op een groeiende toewijding aan het beschermen van natuurlijk kapitaal naast financiële activa. Daarnaast benadrukt het rapport een kleiner wordende prestatiekloof tussen pensioenfondsen, waarbij kleine en middelgrote fondsen steeds meer concurreren met grotere fondsen bij het aannemen van geavanceerde ESG-praktijken.
De benchmark benadrukt ook andere kritieke ontwikkelingen, waaronder verbeterde bestuursdiversiteit, meer inclusieve bestuursstructuren en diepere integratie van ESG-factoren in strategische vermogensallocatie. Het merkt op dat hoewel veel fondsen uitblinken in bestuur en ESG-integratie, er meer consistente inspanningen nodig zijn voor het bereiken van een brede impact in alle activaklassen.
Vervolg: de benchmark gebruiken voor bredere sectorale verandering
Nu de benchmarkresultaten van 2024 beschikbaar zijn, moedigt de VBDO alle belanghebbenden en bestuursleden van pensioenfondsen aan zich met de bevindingen bezig te houden: “Gebruik ze als basis voor strategische discussies over de toekomst van verantwoord beleggen”, benadrukt Laskewitz. “We hebben de benchmark gecreëerd als leermiddel voor groei door en voor de sector. Het is aan hen om het te gebruiken: we kunnen het boek voor hen schrijven, maar we kunnen ze niet dwingen het te lezen.”