Het is nog altijd de particuliere belegger die het voortouw neemt in ethisch beleggen. De institutionele beleggers maken er vooral goede sier mee
‘Met mij gaat het goed, met ons gaat het slecht.’ Dat was de conclusie die het Sociaal en Cultureel Planbureau trok uit het grote onderzoek naar ons individuele welbehagen en de waardering die wij geven aan de huidige samenleving. Het geeft een beeld van het verlangen naar de veilige, gesloten samenleving van de jaren vijftig. Het verlangen naar een samenleving waarin wij genieten van onze huidige welvaart, maar zonder steeds herinnert te willen worden aan de rumoerige wereld om eens.
Als consument gedragen wij ons als wereldburger, maar wij willen in het nemen van verantwoording eigenlijk het liefst terug naar de dorpseconomie. Wij eisen producten uit alle delen van de wereld, wij vliegen voor een weekje zon naar Thailand en Turkije. Het zijn verworvenheden waarvan wij willen genieten, zonder al te veel gedoe van buiten.
Wij vinden dat de markt zijn werk moet doen, zolang de negatieve gevolgen mij maar niet treffen. Ik wil genieten van de natuur, maar wij hebben een hekel aan gezeur over het milieu. Ik wil geen enkele beperking, maar voor anderen meer regels. Ik wil zeggen wat ik wil, maar anderen ontzeg ik dat. Waar dit toe kan leiden, hebben wij met een schok moeten ervaren.
Het is geen verwijt, maar een constatering. Zo kan ik ook constateren dat mensen nog steeds betrokken willen zijn en daar naar handelen. Dat blijkt uit het feit dat het buitengewoon goed gaat met de ASN Bank. Voor meer dan 200.000 particuliere klanten beheren wij inmiddels 1,6 miljard euro spaargeld en 650 miljoen euro in beleggingsfondsen. Tegen de heersende teneur in de markt, groeide de inleg in onze duurzame beleggingsfondsen dit jaar al met bijna 100 miljoen euro.
Wat mij persoonlijk veel voldoening geeft is dat er inmiddels meer dan 6000 Jeugdspaarrekeningen zijn geopend, waarop ruim 10 miljoen euro is gestort. Voor iedere rekening en over het totale saldo wordt een premie ter beschikking gesteld voor een kinderproject.Wij werken hierbij samen met Mensen in Nood voor een project voor opvang van straatkinderen in Kameroen.
Door het succes van deze rekening hebben wij inmiddels 150.000 euro ter beschikking kunnen stellen om het lot van deze kinderen te verbeteren. Goed nieuws dus.
Maar of het met de totale samenleving ook goed gaat? Ik weet het niet. Dat hangt er erg vanaf hoe ver wij wensen te kijken. Vandaag op de dag van het ethisch beleggen richten wij onze aandacht op een specifiek thema; kinderarbeid. Slechts een van de vele aspecten die aandacht vragen bij duurzaam ondernemen.
De getallen zijn nog steeds schrikbarend. Of het nu 200 of 300 miljoen kinderen zijn die er onder lijden, het probleem lijkt welhaast onoplosbaar.
Gaat het goed met de duurzame samenleving? Ik twijfel daar soms aan als ik de onbalans waarneem tussen de geringe aandacht die wij hebben voor dit mondiale, enorme probleem, en de soms overdreven aandacht voor de code- Tabaksblat en de wedstrijd ‘wie maakt het mooiste duurzaamheidverslag’.
Begrijpt u mij goed, ik onderschrijf absoluut het belang van corporate governance, ik ben een groot supporter van betere duurzaamheidverslaglegging. Beide zaken zijn immers een wezenlijk onderdeel van verantwoord ondernemen en voor ons als duurzame belegger van groot belang.
Maar er is sprake van scheefgroei. Het debat gaat steeds vaker over de techniek in plaats van over de mensen die het betreft. Zeker ook in de kringen van duurzame beleggers. Als ik met een kritische blik kijk naar waar het debat over gaat, dan constateer ik dat de technische discussies over engagement, strategieën, duurzaamheidverslaglegging en corperate governance dominant de boventoon voeren.
De institutionele beleggers, consultants en specialisten confereren naar
hartelust hierover. De kranten worden volgeschreven, waarbij de ene consultant aantoont nog slimmer te zijn dan de vorige. De corperate governance- en verslagleggingsspecialisten schieten als paddestoelen uit de grond.
Het beste duurzaamheidverslag lijkt bijna synoniem aan het meest maatschappelijk verantwoorde bedrijf. Het wordt een industrie. Bij institutionele beleggers staat maatschappelijk verantwoord beleggen al jaren ‘op de agenda’.
De macht van het getal zou dan ook voor een doorbraak zorgen. Duurzaam beleggen wordt ‘mainstream’, werd er geroepen. Zeker nu er steeds meer bewijs te vinden is dat een duurzame beleggingsstrategie op termijn ook een beter rendement geeft. Prettig, want onder het mom van objectiviteit hoeft met betrekking tot de maatschappelijke noodzaak geen eigen standpunt ingenomen te worden. Het staat blijkbaar vooral nog steeds ‘op de agenda’, het heeft nog steeds ‘de aandacht’, maar in de praktijk lijkt het helaas niet veel verder te komen dan een pilot of een weinigzeggende gedragscode.
Er worden, zo wordt ook regelmatig beweerd, veel resultaten geboekt die ‘niet zichtbaar zijn’. Dat is dus ook precies het probleem. De resultaten van het omarmde engagement, beleidsbeïnvloeding ‘via de bestuurskamer’, zijn volstrekt onduidelijk en niet transparant.
In heel veel gevallen, zo is onze ervaring, zijn de ondernemingen reeds veel verder in hun denken en doen dan de institutionele kapitaalverschaffers. De praktijk is dan ook dat het nog steeds vooral de particuliere belegger is die bereid is te handelen.
Het is ook nog altijd de particuliere belegger die qua volume het voortouw neemt als het gaat om ethisch beleggen. Laten wij het daarom vandaag, maar ook in het publieke debat als het gaat over duurzaam ondernemen en ethisch beleggen, het vooral weer over de onderwerpen hebben die er echt toe doen.
Onderwerpen die toegankelijk zijn voor de mensen die aangesproken worden. Die tot handelingsbereidheid leiden en die er echt toe doen voor onze samenleving. Maar vooral, die er voor u als ethische belegger echt toe doen, zoals kinderarbeid.
Ewoud Goudswaard is directeur en Jeroen Jansen is adjunct-directeur van ASN Bank in Den Haag. Dit artikel is een samenvatting van de voordracht die Ewoud Goudswaard vandaag zal uitspreken op de dag van het Ethisch Beleggen.