Bron
IndiMedia.nl
Deze week heeft de ASN Bank in Den Haag besloten haar banden te verbreken met Veolia en alle andere bedrijven die van de Israëlische bezetting van de Palestijnse gebieden profiteren. In dit artikel wordt verteld hoe deze succesvolle actie is verlopen.
Veolia Environnement, een Franse multinational, is wereldwijd zwaar bekritiseerd voor haar besluit om deel te nemen aan de ontwikkeling van een sneltram die de illegale nederzettingen rond Oost-Jeruzalem verbindt met West-Jeruzalem in Israël.
De ASN Bank bankiert volgens ethische principes, die zij in een brief naar Veolia als volgt hebben verwoord:
‘Als ethische bank neemt de ASN Bank besluiten over investeringen niet alleen op basis van financiële criteria, maar houdt ook rekening met milieu en sociale criteria, die ook mensenrechten omvatten. Voor de ASN Bank zijn VN-resoluties een belangrijke leidraad voor de praktische invulling van de criteria rond mensenrechten.’
In het verleden weigerde de bank zaken te doen met bedrijven die op enige manier betrokken waren bij het apartheidsregime in Zuid-Afrika. Een aantal bezorgde spaarders hebben hun krachten gebundeld met Nederlandse , Palestijnse, Israëlische en internationale organisaties om de ASN Bank te beïnvloeden.
Eerste contact in mei
Op 15 mei 2006 ontving de ASN Bank het verzoek van een aantal spaarders om zijn geld terug te halen uit Veolia Environnement, waarbij een beroep werd gedaan op de ethiek van de bank en de bank werd herinnerd aan zijn anti-apartheidsverleden.
Eind mei antwoordde de ASN Bank dat op basis van grondig onderzoek de relatie met Veolia opnieuw zou worden bepaald. De directeur van de bank kreeg relevante informatie toegestuurd over de bezetting en waarom de ontwikkeling van de sneltram in Oost-Jeruzalem illegaal is.
In juli werd de directeur van de ASN Bank eraan herinnerd dat er op korte termijn een antwoord werd verwacht. Hij benadrukte het belang van grondig onderzoek en vroeg om geduld. Israël was op dat moment verwikkeld in grootschalige militaire operaties in Gaza en Libanon. Dit maakte het moeilijk om geduld te hebben. Een gevoel van haast had eerder de overhand, vooral ook omdat Israël in hoog tempo doorgaat met het illegaal bouwen aan de muur, de nederzettingen en nu ook de sneltram in bezet gebied. Deze zorgen werden verschillende keren aan de bank overgebracht.
Opzoek naar partners
Hoewel de zaak vanuit ethisch en juridisch perspectief duidelijk ligt, leidde het verzoek niet tot een snelle beslissing van de ASN Bank. Daarom werd besloten de druk op te voeren door nieuwe partners bij de actie te betrekken. Twee organisaties werden uitgenodigd om mee te doen. Ontwikkelingsorganisatie ICCO en Een Ander Joods Geluid (EAJG).
EAJG had al eerder brieven over Veolia geschreven aan de Franse ambassadeur en de Nederlandse minister van buitenlandse zaken met de vraag om Veolia aan te moedigen tot terugtrekking uit het sneltramproject. ICCO heeft een financiële relatie met de ASN Bank en ondersteunt projecten van partnerorganisaties in het Midden-Oosten. Meer Nederlandse organisaties werden geïnformeerd over de actie en de bereidheid bleek groot om als dat nodig mocht zijn mee te doen in een grotere campagne voor de terugtrekking van de ASN Bank uit Veolia.
Onderzoek naar Veolia
Om meer inzicht te krijgen in Veolias betrokkenheid bij de sneltram door Oost-Jeruzalem is onderzoek verricht naar de achtergrond van Veolia. Dit onderzoek is op verschillende manieren gebruikt. Het verstevigde de onderbouwing van het verzoek aan de ASN Bank om te desinvesteren, het was bruikbaar voor het onderzoek van de ASN Bank, en het zou andere activisten kunnen inspireren om campagne te blijven voeren voor de terugtrekking van Veolia uit het sneltramproject. Betrouwbare bronnen werden gevonden, zoals Public Citizen, een non-profit consumentenorganisatie die door Ralph Nader is opgericht. Public Citizen had Veolia bekritiseerd vanwege haar geschiedenis van corruptie, verbroken beloften, aantasting van het milieu, prijsopdrijving, misleiding en geheimzinnigheid. Het onderzoek leidde tot de publicatie van twee artikelen in juni en september 2006.
Op 22 mei 2006 schrijft Veolia in een brief aan de verontruste spaarders dat zij zich er niet van bewust zijn dat de constructie van het traject door Oost-Jeruzalem illegaal is, ook al had Amnesty International in Frankrijk op 1 maart 2006 hierover al een hele duidelijke verklaring uitgegeven.
Het bleek dat President Mahmoud Abbas al in de zomer van 2005 Veolias betrokkenheid bij de sneltram aan de orde had gesteld bij President Jacques Chirac. Op dat moment was de Franse overheid aandeelhouder in Veolia Environnement. November vorig jaar bracht een delegatie van de Palestijnse Autoriteit een bezoek aan Franse en Nederlandse parlementariërs en ambtenaren om de kwestie Veolia aan de orde te stellen. Het is volstrekt helder dat de Palestijnse Autoriteit wel zijn bezwaren tegen het sneltramproject in Oost-Jeruzalem had duidelijk gemaakt.
Aandacht in de media en de Tweede Kamer
In september 2006 nodigde de ASN Bank de kerngroep van verontruste spaarders, ICCO en een EAJG uit voor een gesprek. Vanwege de volle agendas van de vertegenwoordigers van de ASN Bank bleek begin november pas de eerste mogelijkheid te zijn. Deze vertraging was ongewenst, maar er was geen alternatief.
Ondertussen rondde United Civilians for Peace het onderzoek af naar de banden van Nederlandse bedrijven met de Israëlische bezetting van Palestijns gebied. Voor de publicatie van het onderzoeksrapport werden al kamervragen gesteld over de betrokkenheid van de hijskranen van Riwal bij de bouw van de muur. Parlementariërs vroegen om een interventie van de minister van buitenlandse zaken. De publicatie van het volledige ‘Profundo’ rapport kreeg veel aandacht in de media en leidde opnieuw tot discussie in de Tweede Kamer. Deze omstandigheden droegen bij aan een toenemende druk op de ASN Bank om haar investeringen terug te trekken uit Veolia.
Het gesprek met de ASN Bank
Meer steun werd georganiseerd voor het gesprek met de ASN Bank. Verschillende Nederlandse, Palestijnse, Israëlische en internationale organisaties, prominente personen waaronder een internationaal gerespecteerde mensenrechten en internationaal recht deskundige, en de PLO schreven brieven aan de ASN Bank waarin de bouw van het sneltramtraject door Oost-Jeruzalem werd veroordeeld en de ASN Bank tot desinvestering uit Veolia werd opgeroepen.
Twee verontruste spaarders, EAJG en een vertegenwoordiger van de Stop the Wall campagne, namen begin november deel aan het gesprek met de directie van de ASN BANK. ICCO was helaas verhinderd, maar een brief van ICCO over de kwestie werd tijdens het gesprek overhandigd. De directeuren van de ASN Bank deelden mee dat zij besloten hadden om trouw blijven aan hun principes en daarom de relaties met Veolia zullen beëindigen. De ASN Bank wil geen enkele band hebben met bedrijven die profiteren van de Israëlische bezetting van de Palestijnse gebieden. Verwacht wordt dat de bank ook de relatie met het Ierse bedrijf Cement Roadstone Holdings Plc (CRH) zal beëindigen. CRH is mede-eigenaar van de Israëlische Mashav Group, de belangrijkste leverancier van cement voor de illegale bouw van de muur op de Westelijke Jordaanoever. In Nederland is CRH eigenaar van 129 Gamma en Karwei doe-het-zelfwinkels.
Brief van ASN Bank aan Veolia
In haar correspondentie met Veolia licht de ASN Bank haar redenen voor het verbreken van de banden als volgt toe :
….Wij menen dat Veolias betrokkenheid bij het sneltramproject niet in overeenstemming is met de oproep van de VN tot stopzetting van alle steun aan Israëls activiteiten rond de bouw van de nederzettingen, en is om die reden in strijd met de sociale criteria van de ASN Bank. Aangezien Veolia direct betrokken is (door een aandeel van 5% in het consortium en als toekomstig operator), zijn wij van mening dat Veolia’s activiteiten in Jeruzalem in strijd zijn met VN-resoluties. Op basis van de huidige informatie zal Veolia daarom uit ons beleggingsuniversum worden verwijderd.
Iedere kilometer begint met een stap
Uit het voorbeeld van de ASN Bank blijkt dat er met succes aan de oproep tot een boycot en desinvestering kan worden gewerkt. Consumenten sparen en beleggen bij banken en zij hebben de mogelijkheid om het beleid van hun bank te beïnvloeden. Zij kunnen met hun geld stemmen en in sommige gevallen kunnen zij een beroep doen op de ethische principes van een bank. Het is te verwachten dat meer Nederlandse beleggings- en pensioenfondsen het voorbeeld van de ASN Bank zullen volgen. Dergelijke campagnes zullen ook effect hebben op de strijd van het Palestijnse volk voor vrijheid en gelijke rechten.
Een Palestijn uit Ramallah waarmee we over deze zaak contact hebben, reageerde op het besluit van de ASN Bank met:
Hartelijk bedankt voor dit bericht; het is erg bemoedigend. Het is een klein lichtpunt in de zeer donkere tunnel waar we ons in bevinden. Het schokkende nieuws van de walgelijke misdaad tegen burgers in Beit Hanoun (Gaza) en de schaamteloze rechtvaardiging die Israëlische leiders hiervoor aanvoerden, laat zien hoe hard we een actief en krachtig mondiaal geweten nodig hebben.
De ASN Bank is de eerste Europese bank die haar banden verbreekt met bedrijven die van de bezetting profiteren. Het is nu aan ons om andere banken en pensioenfondsen ervan te overtuigen hetzelfde te doen. ABN AMRO heeft bijvoorbeeld geïnvesteerd in Caterpillar, de fabrikant van de gepantserde en met machinegeweren uitgeruste D9 bulldozers. Het Israëlische leger zet deze bulldozers in bij het neerhalen van talloze Palestijnse huizen, bijvoorbeeld als collectieve straf of bij de bouw van de muur.
Dus wie is er nu aan de beurt?