Als alle pensioenfondsen gezamenlijk optrekken in de ontwikkeling van een meer duurzaam beleggingsbeleid, zou de sector als geheel aanzienlijk meer maatschappelijke en financiële waarde kunnen creëren. Dat is de kern van de toekomstverkenning die duurzame ondernemersvereniging De Groene Zaak (DGZ) en het Sustainable Finance Lab (SFL) op verzoek van de Ministeries van Buitenlandse en Economische Zaken hebben uitgevoerd. Inmiddels heeft de Pensioenfederatie aangekondigd om te gaan onderzoeken hoe meer tastbare resultaten kunnen worden bereikt in maatschappelijk verantwoord beleggen*.
Volgens de toekomstverkenning is er niet alleen momentum om de lat nu hoger te leggen, maar dient dit ook het belang van zowel de samenleving, de overheid als ook de pensioensector zelf. Dat betekent dat de overheid en de sector elkaar hierin moeten versterken, maar ook elkaar scherp moet houden door monitoring van concrete resultaten bij voorkeur middels een onafhankelijke commissie.
Al langere tijd wordt er in diverse politieke en maatschappelijke gremia gesproken over de mogelijkheden om het Nederlands pensioenvermogen van ruim 1200 miljard euro effectiever aan te wenden voor de transitie naar een meer duurzame economie. Daarbij wordt in toenemende mate gewezen op het financiële belang van de pensioendeelnemers zelf. Steeds duidelijker wordt dat de risico’s van beleggingen in voorheen veilig geachte sectoren zoals de fossiele energiewinning, in snel tempo toenemen. Andersom zijn er steeds meer aanwijzingen dat voorheen risicovol geachte beleggingen in bijvoorbeeld clean tech op termijn bovengemiddeld renderen.
De Pensioenfederatie onderkent dat meer duurzaam beleggen wenselijk en noodzakelijk is. Zij heeft dan ook recentelijk een agenda aangekondigd die op veel punten uit de toekomstverkenning ingaat. Naast kennisdeling en het bevorderen van samenwerking in de uitvoering zal worden onderzocht hoe gezamenlijke standaarden en definities kunnen worden ontwikkeld om verantwoord beleggen makkelijker, transparanter en meer gangbaar te maken. De sector wil nadrukkelijk ook de dialoog aangaan met bedrijven om hen te stimuleren verantwoord te ondernemen.
Meer impact cruciaal
De Groene Zaak-CEO Marga Hoek is blij met deze sectorbrede beweging. Volgens haar waren er tussen de pensioenfondsen grote verschillen in het ambitieniveau en de uitvoering van het duurzaam beleggingsbeleid, waardoor de impact van de sector als geheel kleiner was dan wenselijk. Ook stelt zij dat na COP-21 en de vaststelling van de SDG-agenda (Sustainable Development Goals) een versnelling en vergroting van de impact de komende jaren cruciaal is.
Hoek: “We zitten midden in een ingrijpende economische transitie. De pensioenfondsen zullen dus nieuwe principes moeten toepassen in hun beleggingsbeleid en in de uitvoering ervan om de pensioenbesparingen door deze transitie heen te loodsen. Dat stelt hen in staat enerzijds te profiteren van de mogelijkheden die deze transitie biedt, en anderzijds de risico’s die inmiddels zijn ontstaan te verkleinen. Dit is niet iets dat een pensioenfonds individueel kan doen: de sector moet dit als geheel oppakken en op basis van een gezamenlijke kennis- en uitvoeringsagenda. Die ligt er nu en we hebben er vertrouwen in dat de sector hiermee aan slag gaat. Want alleen dan kan er sprake zijn van echte impact ‘for good’, ofwel investeren met een positieve maatschappelijke waarde.”
Sector heeft meer houvast nodig
Uit de verkenning die DGZ en SFL uitvoerden blijkt ook dat er bij veel pensioenbestuurders behoefte is aan meer houvast bij het maken van de juiste keuzes op het gebied van duurzaam beleggen. Zo is er niet altijd voldoende inzicht in risicoprofielen, de standaarden van meten en het aanbod van duurzame beleggingsproducten. Ook is er veelal sprake van onvoldoende engagement en ontbreekt het aan ervaring in het daadwerkelijk managen van een duurzame beleggingsportefeuille. Deze issues worden nadrukkelijk geagendeerd door beide organisaties.
Daarnaast blijkt het kostenaspect een belangrijke rol te spelen. Bij een deel van de bestuurders, deelnemers en uitvoerders bestaat nog steeds de zorg dat maatschappelijk verantwoord beleggen leidt tot een lager rendementen, een hoger risico en/of hogere kosten, en daarmee tot ongewenste concessies aan het financiële resultaat. Vooral kleinere fondsen denken niet de middelen te hebben om de benodigde kennis en ervaring op te bouwen. Ook blijken de mogelijkheden en meerwaarde van duurzaam beleggen niet altijd scherp op het netvlies te staan bij de adviseurs en vermogensbeheerders.
Volgens Herman Wijffels, voorzitter van het Sustainable Finance Lab, kunnen de pensioenfondsen de noodzakelijke slagen enkel maken als de overheid hen daarbij ondersteunt. Wijffels: “De overheid kan richting en legitimatie geven voor de ingrijpende transitie waar de sector voor staat. Dat vereist ambitieus en over de hele linie consistent beleid. Veel betrokkenen uit de sector wijzen erop dat het hier tot nu toe aan ontbreekt. Het zou dus goed zijn dat het kabinet eerst zorgt voor een stabieler investeringsklimaat, bijvoorbeeld als schepper van duurzame investeringsmogelijkheden, onder meer door aanscherping van het eigen inkoopbeleid, en als wetgever, kennispartner en netwerker.”
Het eerste exemplaar van de toekomstverkenning is onlangs overhandigd aan minister Ploumen die binnenkort het vijfde Jaarcongres van de Pensioenfederatie zal bijwonen. DGZ en SFL hebben de intentie om de pensioensector, samen met de betrokken ministeries te ondersteunen bij de invulling van de uitvoeringsagenda. Dat zal in de eerste plaats gebeuren via het Sustainable Pension Investments Lab (SPIL), een mede door De Groene Zaak en het Sustainable Finance Lab opgerichte groep betrokken bestuurders en experts op het terrein van pensioenen en beleggingen.