Duurzame financiering neemt een steeds belangrijkere plaats in op de agenda van beleidsmakers, toezichthouders en beleggers, maar er is nog veel te doen, stelt BNP Paribas Asset Management CEO Frédéric Janbon.
- Verdere coördinatie en standaardisatie is nodig om beleggers meer duidelijkheid te verschaffen
- Er is een noodzaak om een gemeenschappelijk begrip tot stand te brengen van wat ESG-integratie betekent
- De kwaliteit van en toegang tot gegevens en onderzoek moet verbeterd worden
- Niet te vergeten: de ‘S’ in ESG – we hebben een “sociaal inclusief” financieringssysteem nodig.
De afgelopen jaren is de regelgeving op het gebied van rentmeesterschap (bijv. de Britse Stewardship Code en de EU-richtlijn inzake aandeelhoudersrechten) en transparantie door bedrijven en vermogensbeheerders/-eigenaars stukje bij beetje toegenomen. En nu beginnen zich meer holistische benaderingen af te tekenen.
Een uitstekend voorbeeld is het EU-actieplan – het meest vooruitstrevende en veelomvattende beleidspakket inzake duurzame financiering. Dit heeft steeds meer de belangstelling getrokken van toezichthouders zoals de door centrale banken geleide groep Network for Greening the Financial System (NGFS).
Zulke vooruitgang is welkom, maar beleidsmakers moeten in gedachten houden dat de ingevoerde maatregelen wereldwijd moeten worden gecoördineerd en gestandaardiseerd. Er zijn een aantal prioriteiten.
Gestandaardiseerde verplichte rapportage van CO2-emissies
Nauwkeurige en vergelijkbare informatie over koolstofemissies van bedrijven is een belangrijke voorwaarde voor een effectieve beheersing van klimaat-gerelateerde risico’s. Veel bedrijven melden emissies en andere klimaatinformatie vrijwillig. In sommige rechtsgebieden is dit verplicht, maar heeft het meestal alleen betrekking op directe CO2-emissies, concentreert het zich op slechts enkele sectoren of is niet vereist dat gestandaardiseerde informatie wordt bekendgemaakt in de reguliere financiële overzichten.