Duurzaam beleggen wordt steeds populairder. Inmiddels heeft ABN AMRO 20 miljard euro duurzaam belegd klantvermogen, waarvan 1 miljard euro aan impact beleggingen. Maar met de opkomst van duurzaam beleggen, neemt ook kritiek toe. Er wordt veel gezegd en geschreven over duurzaam beleggen. Vaak wordt de vraag gesteld hoe ‘duurzaam’ duurzaam beleggen eigenlijk is. Volgens Judith Sanders, beleggingsexpert bij ABN AMRO MeesPierson, gaat dit niet zelden voorbij aan de kern van duurzaam beleggen en lijkt de nuance in het publieke discours zoek.
“Er was in de beginfase nog een duidelijk afgebakend gebied: beleggers investeerden bewust in beleggingsvormen met een duidelijk duurzaam karakter. Nu wordt duurzaam beleggen in een veel grotere context geplaatst, waarvan de kaders nog niet altijd volledig vaststaan. Duurzaam beleggen wordt vaak of ‘zwart’ of ‘wit’ omschreven – bedrijven doen het goed of fout – terwijl sprake is van een groot grijs middengebied waarbij bedrijven in de transitie naar duurzaamheid zitten. En juist in het midden van die transitie wordt de meeste duurzame vooruitgang geboekt.
Uiteraard is de kritiek niet geheel onterecht. “Denk bijvoorbeeld aan een bedrijf actief in levensmiddelenindustrie die aan de voorkant veel investeert in verpakkingsmaterialen en gezonde voeding, terwijl deze positieve impact wordt tenietgedaan door de verkoop van ongezonde voedingsproducten, tabak of alcohol Of neem een fabrikant van elektrische auto’s: uiteraard zijn elektrische auto’s schoner dan gewone brandstofauto’s, maar critici zullen ook terecht zeggen dat er op het gebied van stroom en productie van accu’s nog een wereld te winnen is. Toch kan je door in deze bedrijven te investeren de transitie naar een duurzame samenleving bevorderen. Je draagt in mijn ogen het meeste bij aan de verduurzaming van de samenleving door juist die bedrijven mee te nemen die nog niet 100% duurzaam zijn maar wel een duidelijke en goed te volgen strategie hebben. Doe je dit niet, dan stagneert de transitie.”
Data onmisbaar
Maar het is wel belangrijk zeker te weten dat zo’n bedrijf op de goede weg is, duidelijk omlijnde plannen heeft en dit ook te monitoren. Om op dit vlak als bank goede keuzes te maken, zijn data en wettelijke kaders onmisbaar. “We betrekken data van verschillende onafhankelijke onderzoeksbureaus waarbij opvalt dat deze bij met name grote multinationals goed te verkrijgen zijn. Deze bedrijven hebben immers het budget om een duurzaamheidsafdeling in te richten, data te verzamelen en zichzelf in de etalage te zetten. Voor jongere, kleinere bedrijven is dit in mindere mate mogelijk, terwijl ze juist wel voorop kunnen lopen met innovaties. Beoordeling van deze bedrijven vraagt dan ook meer kennis en expertise”, zegt Sanders. “Wat we ook zien is dat de beschikbare data nog te vaak verschillend wordt geïnterpreteerd, omdat er geen heldere kaders rondom duurzaamheid zijn. Met de totstandkoming van nieuwe wettelijke kaders groeien we geleidelijk toe naar een eenduidige en transparante manier om bedrijven te beoordelen op hun duurzame prestaties. Als bank hebben we de taak om voor beleggers data te verzamelen, te interpreteren en in gesprek te gaan met deze bedrijven. Wij beoordelen hun innovatieve oplossingen en informeren onze beleggers met de uitkomst.”
Stimuleren van binnenuit
Voor Sanders is duurzaam beleggen voornamelijk bijdragen aan de transitie naar een duurzame samenleving en dit stimuleren. “Ga je investeren in een bedrijf dat alles goed op orde heeft of juist in een bedrijf wat net begonnen is maar op de goede weg? Of in een ontwikkelingsland dat vanwege gebrek aan financiële middelen nog volop gebruikmaakt van fossiele energiebronnen en nog niet kan overstappen op zonne- of windenergie? Veel beleggers realiseren zich nog onvoldoende dat zij meer duurzame winst kunnen behalen door te investeren in bedrijven of regio’s die nog minder ver op weg zijn”, stelt Sanders. “Duurzaam beleggen is onderdeel van de o zo belangrijke transitie naar een duurzame samenleving. We staan nog redelijk aan het begin van deze overgang: mogelijk hebben we nu een derde van deze weg afgelegd, maar we zijn nog lang niet halverwege richting 2030. We moeten stappen blijven maken, want stilstand is achteruitgang. We investeren daarom niet alleen in bedrijven die al 100% duurzaam zijn, maar hebben juist ook oog voor de bedrijven die nog in transitie zitten want daar is de winst op duurzaam vlak eigenlijk het grootst.”