BNR onderzocht of Nederlandse pensioenfondsen na een oproep vanuit onder andere de Tweede Kamer meer zijn gaan investeren in de defensie-industrie. Dat blijkt niet het geval. Het is ook een aparte oproep. Investeren in de wapenindustrie staat namelijk niet gelijk aan zorgen dat er meer wapens geproduceerd worden. Dat laatste ligt in de handen van de afnemers van wapens, zoals overheden.
Als overheden meer geld vrijmaken om wapens te kopen en daarmee de vraag vergroten, zullen defensiebedrijven hun productie opvoeren. Een oproep aan beleggers zoals Nederlandse pensioenfondsen of banken om meer te investeren in defensiebedrijven, is dan ook een oproep aan het verkeerde adres.
Daarnaast speelt er nog een aspect. Veel grote defensiebedrijven zijn actief in de productie van controversiële wapens zoals kernbommen, clustermunitie en chemische wapens. Er zijn verschillende internationale verdragen die de productie en het gebruik van dit soort wapens verbieden. Het is voor financiële instellingen dan een logische keus om niet in bedrijven te investeren die zulke wapens maken.
Onder andere de aanval op Oekraïne door Rusland laat zien dat wapens nodig zijn voor verdediging. Het is aan overheden om daar geld voor vrij te maken. Het borgen van veiligheid zou niet afhankelijk moeten zijn van een commerciële markt. Een markt die floreert bij zo veel mogelijk gewapende conflicten. Waar oorlog ‘opportunities for companies operating in the sector’ biedt.
Het recht om jezelf te verdedigen staat kortom niet gelijk aan het financieren van een winstgevende wapenindustrie. Dat laatste betekent dat je commercieel profiteert van oorlog en dat is een onethische keus.
Piet Sprengers, manager duurzaamheidsstrategie bij ASN Bank