Een aantal mythes over duurzaam indexbeleggen ontkracht …
Het aantal duurzame indices is de afgelopen tijd zeer snel gegroeid. En daarmee ook het aantal beleggingsfondsen dat deze indices volgt. BlackRock voorspelt dat duurzame beleggingen via ‘passieve’ indexfondsen binnen tien jaar zullen groeien van USD 25 miljard naar USD 400 miljard. Dat roept inmiddels een tegenreactie op van een aantal actieve managers. Sommige van hen stellen dat passief en duurzaam niet te verenigen zijn in één product. Op hun argumenten is echter het nodige af te dingen.
Mythe 1. Duurzame indexen zijn een ‘black box’, dus je weet als belegger niet wat je koopt
Ik zag een actieve manager het argument gebruiken dat je niet weet wat je koopt als je een duurzaam indexfonds koopt. Maar als je kijkt naar de documentatie van veel gehanteerde index methodologieën – bijvoorbeeld de MSCI SRI indices – dan zijn die minder ‘black boxy’ voor particuliere beleggers dan de werkwijze van menig actief gemanaged beleggingsfonds. De managers van die laatste fondsen gaan je immers niet in detail vertellen wat alle ingrediënten van hun ‘secret sauce’ zijn om tot de nagestreefde outperformance te komen. Dus blijft het soms gissen naar alle (duurzame) overwegingen die een rol hebben gespeeld bij de portefeuillesamenstelling. Bovendien is de ene manier van indexbeleggen de andere niet. Neem de Verantwoorde indexfondsen van Actiam. Die nemen de MSCI als uitgangspunt en voegen daar hun duurzame criteria aan toe. Deze beleggers volgen dus niet blind een index, maar blijven zelf nadenken en maken de gehanteerde uitsluitingen bekend. De ESG fondsen van Northern Trust hanteren een vergelijkbare aanpak, resulterend in Custom ESG indexfondsen. iShares fondsen die in water, alternatieve energie of duurzame indices beleggen; de holdings zijn op dagbasis terug te zien op de website van de aanbieder. Hoezo, black box?
Mythe 2. Duurzaamheidsscores zijn ‘inconsistent’ (en dat is slecht)
Bedrijven zoals MSCI en Sustainalytics beoordelen bedrijven op hun duurzaamheid. Naarmate het belang van deze duurzaamheidsscores toeneemt – dus ook bij het tot stand komen van een duurzame index – worden deze oordelen steeds vaker in twijfel getrokken. Met als één van de argumenten dat deze partijen nogal eens verschillen van mening. Inconsistent was de term die ik voorbij zag komen. Met andere woorden: deze bureaus denken niet allemaal hetzelfde over het duurzaamheidsgehalte van, bijvoorbeeld, Apple. Gelukkig niet, zou ik zeggen. Dat is met de analyses van kredietbeoordelaars en financiële analisten niet anders. Ze kijken allemaal naar hetzelfde bedrijf en verschillen vervolgens van mening, actieve fondsmanagers inbegrepen. En dat is fijn, want als ze allemaal tot hetzelfde oordeel zouden komen, zouden er geen financiële markten bestaan. Dus wat is het probleem? Een verschil van mening is niet hetzelfde als inconsistent.
Mythe 3. Actieve managers zijn ‘actiever’ dan passieve managers
Actief eigenaarschap vormt een belangrijk onderdeel van maatschappelijk verantwoord en duurzaam beleggen. We hebben het dan over stemmen op aandeelhoudersvergaderingen en het aangaan van de dialoog met bedrijven waarin wordt belegd. Er zijn actieve managers die claimen dat zij actiever zijn met hun inspanningen op dit vlak dan passieve managers. yToch ken ik ook managers die namens hun indexfondsen heel actief zijn in de richting van bedrijven. Maar belangrijker nog; de scheidslijn tussen actieve managers en passieve managers is in de praktijk vaak niet zo scherp. Veel fondshuizen managen namelijk zowel actieve als passieve strategieën. Als het gaat om stemmen of de dialoog met bedrijven dan gaan vaak alle belangen op een hoop en wordt er op dezelfde wijze geacteerd namens alle fondsen.
De les van dit alles
Dé duurzame index bestaat niet. Er zijn veel verschillende duurzame index strategieën en dus ook veel manieren van invulling en transparantie. Zowel actieve als passieve duurzame fondsen worden ingevuld op basis van een opinie. Er is niet één waarheid rond de duurzaamheid van een bedrijf, wel heel veel meningen en dat is prima. En ten slotte, een strikte scheiding tussen actieve en passieve managers bestaat in de praktijk vaak niet. Daarmee is ook het verschil tussen actieve en passieve beleggingsfondsen in de praktijk niet zo scherp als men ons wil doen geloven. Ik ken hele actieve managers van indexfondsen en hele passieve managers van ‘actieve’ fondsen als het gaat om de invulling van maatschappelijk verantwoord beleggen. Dus, what’s in a name?
Gert van de Paal, Specialist Maatschappelijk Verantwoord Beleggen – Rabobank Particulieren & Private Banking
(Eerder gepubliceerd op de website van Rabobank)