“We vinden het ontzettend belangrijk en goed dat pensioenfondsen, vakbonden, overheid en SER de krachten hebben gebundeld om internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen (IMVO) te stimuleren bij beleggingen van pensioenfondsen”, zegt Elles van Ark, directeur van CNV Internationaal. “Maar nu het Convenant Pensioenfondsen afgerond is, moeten we wel doorpakken. Verantwoord beleggen is nog niet vanzelfsprekend en dat moet het wel worden.”
Meer dan 80 pensioenfondsen, de Pensioenfederatie, zes ngo’s, drie vakbonden -waaronder CNV- en drie ministeries ondertekenden in 2018 het pensioenconvenant, met als doel om vier jaar lang IMVO te bevorderen pensioenfondsen. De partijen werkten samen onder leiding van een onafhankelijk voorzitter, de SER begeleidde deze multi-stakeholder samenwerking.
Diepe spoor
CNV was betrokken bij een zogeheten ‘diepe spoor’ traject, waarbij de arbeidsomstandigheden in de mijnen in Peru centraal stonden. Van Ark:
“Mijnwerkers doen zwaar, onveilig werk voor te weinig loon. Met name de vele uitzendkrachten hebben nauwelijks rechten; lidmaatschap van een vakbond betekent meestal dat je de volgende dag niet meer op het werk hoeft te komen.”
Pensioenfondsen die beleggen in de mijnbouw waren hiervan vaak niet van op de hoogte, waardoor ze -onbedoeld- een rol speelden in het in stand houden van slechte arbeidsomstandigheden. Van Ark: “Door deze informatie te delen kunnen we gezamenlijk kijken hoe een pensioenfonds invloed kan aanwenden om de situatie te verbeteren, bijvoorbeeld door voorwaarden te stellen over arbeidsrechten bij beleggingen.”
Niet achterover leunen
Het convenant is afgerond, maar het werk voor pensioenfondsen begint eigenlijk pas echt, aldus de directeur van CNV Internationaal: “Er gaat veel geld om in deze sector. Daarom kunnen zij hun invloed heel goed aanwenden om in de toekomst arbeidsmisstanden structureel aan te pakken. Elke investeerder moet actief met IMVO beleid aan de slag, achterover leunen is geen optie.”
